Ervaringsverhaal
Mijn dochter is mijn alles, daar leef ik voor
Marie is een jonge, alleenstaande moeder. Haar dochter betekent alles voor haar. Ze kreeg een klap toen Maartje vertelde dat ze misbruikt was. En nog een klap toen ze hoorde dat hulpverleners en school haar uit huis wilde laten plaatsen. Gelukkig gaf de kinderrechter haar het voordeel van de twijfel. Er moest eerst maar eens bij Marie thuis gekeken worden of dat wel nodig was. Dat veranderde de zaak. Moeder en dochter mochten bij elkaar blijven.
“Mijn dochter van negen is misbruikt door de achterbuurjongen van mijn stiefvader. Ze vertelde het begin december tijdens het avondeten. Dan zak je door de grond. Ik voelde al een tijdje dat er iets was maar kon mijn vinger er niet op leggen. Ze gedroeg zich anders dan anders. Ze was onvoorspelbaar en snel boos. Zo kende ik haar niet. De zorgen om Maartje waren groot. Hulpverleners met wie ik al te maken had, wilde haar uit huis plaatsen, en school ook. Dat wilde ik absoluut niet. Ik ben haar moeder, ik weet wat goed voor haar is.
Wat me pijn deed, is dat ik van alles werd beschuldigd. Ik zou mijn dochter mishandelen en verwaarlozen. Ik zou haar als ontbijt een soepstengel en een blikje Red Bull geven. Je vraagt je af waar het vandaan komt. Ik wil het allerbeste voor mijn dochter, daar leef ik voor. En Red Bull heb ik nooit in huis. Dat vind ik helemaal niet lekker. Hoe de situatie bij mij thuis was, konden ze eerlijk gezegd ook niet weten. Ik had weinig vertrouwen in die hulpverleners. Ze beloofden van alles maar kwamen niks na. Ze kwamen er niet in bij mij thuis.
“Hij dacht dat ik een monster was”
Half december kwam de zaak voor de kinderrechter. Die stelde me in het gelijk: mijn dochter hoefde voorlopig niet uit huis. Er moest eerst maar eens een inschatting van de situatie bij mij thuis gemaakt worden. Ronald van Parlan kwam daardoor een aantal uren in de week bij me langs. Met Parlan heb ik eerder wel goede ervaringen gehad. Ik ben een alleenstaande moeder. Toen Maartje twee was, werd het me allemaal even te veel en kreeg ik hulp bij het opvoeden. Dat was fijn. Het klikte goed met Iris, de hulpverlener.
De eerste keer dat Ronald langskwam vond ik best spannend. Ik zat er eigenlijk niet op te wachten. Maar goed, tijdens het koffiedrinken was het ijs al gebroken. Het is echt een hele aardige man. Hij wil niet boven je staan. Het is iemand die met je meedenkt en kijkt wat het beste is voor je dochter. Ik kon goed met hem praten en ik kon alles aan hem vragen. Op basis van de rapporten die hij had gelezen, vertelde hij later dat ie dacht dat ik een monster was. Dat beeld klopt helemaal niet, zei hij. Allesbehalve dat.
“Als ik iets wil weten stuur ik een appje en krijg ik antwoord”
In januari besliste de kinderrechter dat mijn dochter definitief niet uit huis geplaatst hoefde te worden. Sindsdien hebben Ronald en de voogd die ik nu heb, veel voor elkaar gekregen. We zijn bezig met een andere school en Maartje heeft inmiddels EMDR gehad, een therapie om een trauma zoals seksueel misbruik te verwerken. Dat was me eerder beloofd door die andere hulpverleners maar ik hoorde niks van ze.
De therapie werkt goed. Meteen na de eerste behandeling merkte ik het verschil al. Voorheen kwam Maartje elke dag boos thuis van school. Om niks werd ze kwaad. Nu komt ze vrolijk thuis en vertelt ze wat ze allemaal gedaan heeft. Ze vindt knutselen heel leuk. Ze heeft laatst een vogelhuisje gemaakt. Daar word ik blij van. Ronald hoeft nu niet meer langs te komen maar als ik ergens tegenaanloop of ik wil iets weten dan stuur ik een appje naar hem en krijg ik altijd snel antwoord. Echt een aardige man.”